Gemanifesteerde Zonen Gods.
<< vorige
volgende >>
Aangenomen #2.
William Branham.Lees het volledige rekening in...
Gemanifesteerde Zonen Gods.Hebben we geloof? Ik zou niet weten wat ik moest als ik geen Christen zou zijn. Dan zou ik hier gewoon niet langer willen blijven. Er is niets meer waard om voor te leven, dan dat anderen gered worden; dat is het beste wat ik weet. Nu, vanavond willen we beginnen met een kleine terugblik op onze voorgaande les, en ik zou willen proberen om, als het me lukt, vanavond nog het hele hoofdstuk uit te lezen. Dan zal ik aanstaande zondag misschien zowel de zondagmorgen als de zondagavond moeten gebruiken, als dat in orde is, om te proberen dat wat ik de gemeente wil laten zien, af te ronden. O, het is heerlijk om te ontdekken wat je plaats is. Er is niemand die ook maar iets goed kan uitvoeren, tenzij hij precies weet wàt hij doet.
Wat als u een operatie zou moeten ondergaan en er kwam een jonge dokter die pas van school kwam en die nooit eerder een operatie had verricht; al was hij jong en knap en was z'n haar keurig gekamd, al was hij netjes gekleed en wel gemanierd en al het andere... En hij zou zeggen: “Ik heb de messen gescherpt, al de instrumenten zijn gesteriliseerd”, dan zou u zich toch ergens niet zo prettig voelen. Ik zou liever een oude dokter hebben, die die operatie al vele keren had verricht, voordat ik zou willen dat erin me gesneden werd. Ik wil weten of zo iemand niet alleen de school heeft doorlopen, maar of hij iemand is met een beetje ervaring! 8 En de meest ervaren dokter die ik ken om er vanavond bij te halen, is de Heilige Geest; Hij is Gods grote Heelmeester en de grote Leraar.
-----
Nu, vanavond gaat ons Schriftgedeelte erover, dat de brief aan de Efeziërs te beschouwen is al het boek Jozua van het Nieuwe Testament. Dit Bijbelboek zet de overwinnaars apart en brengt hen op orde. Nu, dit is gewoon even om een achtergrond te krijgen en om het ons weer voor de geest te halen voor we beginnen te lezen, te beginnen met het derde vers. Zondagavond ontdekten we dat God in het Oude Testament Israël een land der rust beloofde, omdat zij pelgrims en zwervers waren geworden. Ze waren in een land dat het hunne niet was. En God had door Abraham beloofd dat hij zou verblijven... zijn zaad vierhonderd jaar bij een vreemd volk zou wonen, en mishandeld zou worden, maar dat Hij hen door een sterke hand uit zou leiden naar een goed land dat overvloeide van melk en honing.Toen de tijd van de belofte naderbij kwam, deed God iemand opstaan om hen naar dat land toe te brengen. Hoevelen onder ons vanavond weten wie dat was? Mozes. Merk op, een erg duidelijk type van Degene die ons werd gegeven om ons naar het beloofde land te brengen, Christus. Wij hebben ook zo'n belofte, alleen is onze belofte een geestelijke rust, terwijl de hunne een natuurlijke rust was. Zij kwamen naar een land waarvan ze konden zeggen: “Dit is ons land, wij zijn nu geen zwervelingen meer; wij hebben hier een vaste woonplaats, dit is ons land en hier hebben we rust. We zaaien ons koren, planten onze wijngaard en zullen ook van onze wijngaarden eten. En als we sterven dan zullen we het onze kinderen nalaten.”
-----
Hebt u opgemerkt dat Mozes, die grote wonderdoener, die Israël door de woestijn leidde en ze naar het beloofde land bracht, hun niet hun erfdeel toewees? Hij gaf hun hun erfdeel niet; hij leidde hen tot aan het land. Het was Jozua die het land onder de mensen verdeelde. Klopt dat? En Christus bracht de gemeente tot aan die plaats waar hun bezit voor hen klaarlag en aan hen zou worden gegeven. Ze hoefden alleen nog maar de Jordaan over te steken. Maar het is de Heilige Geest die de gemeente op orde brengt. Hij is de 'Jozua' van vandaag die de gemeente op orde brengt; die aan elk gaven geeft en ieder zijn plek en positie aanwijst. Hij is de stem van God die spreekt, via de innerlijke mens van diegenen die Christus heeft gered; de Heilige Geest. Nu, hebt u het tot zover begrepen? We komen nu weer bij het boek van de Efeziërs, waar nu op dezelfde wijze de gemeente op de plaats wordt gebracht waar ze hoort. Jozua installeerde hen in het natuurlijke land; de Heilige Geest installeert nu de gemeente in het land en in de positie waarin zij behoort, haar erfdeel.Nu, het eerste wat Paulus hier doet, is dat hij zijn brief adresseert; “Paulus”, degene aan wie, zoals we na een poosje zullen gaan zien, heel dit geheimenis werd geopenbaard. Niet in een seminarie, niet via een theoloog, maar als een Goddelijke openbaring van de Heilige Geest die God aan Paulus gaf. Wetende, zo sprak hij, dat het geheimenis van God, dat sinds de grondlegging van de wereld verborgen was geweest aan hem werd geopenbaard door de Heilige Geest. En de Heilige Geest onder de mensen zette ieder op z'n plaats; bracht de gemeente op orde.
-----
Maar de man die buiten Kanaän is heeft er geen weet van. Hij zwerft nog steeds. Niet zeggende dat hij geen goed mens is; dat zeg ik niet. Ik zeg zelfs niet dat de man die nog in 'Egypte' is, geen goed mens is. Maar totdat hij in dit erfdeel is gekomen, en tot de bezitting die... De belofte die aan de gemeente werd gegeven is niet een natuurlijk land maar een geestelijk land, want wij zijn een koninklijk priesterschap, een heilige natie. Bij dit koninklijke priesterschap, deze heilige natie, dit bijzondere volk, deze uitgeroepenen, uitverkorenen die zijn afgezonderd, is heel de buitenwereld dood. We worden geleid door de Geest. Zonen en dochters van God worden geleid door de Geest van God; niet door de mens, maar door de Geest.-----
Met reikhalzend verlangen wacht de hele schepping op dit openbaar worden. Ziet u, de manifestatie. Wat is de manifestatie? Het bekendmaken! De hele wereld. De Mohammedanen ginds; zij zien er naar uit. Ja overal om ons heen, ziet men ernaar uit, en vraagt men zich af: “Waar zijn deze mensen?” We hebben een machtig ruisende wind gehad; we hebben donderslagen en bliksem gehad; we hebben meegemaakt dat men olie en bloed als tekenen toonde. Al deze dingen hebben we gehad, maar we zijn in gebreke gebleven om die hele stille, zachte stem te horen, die de aandacht van de profeet trok, zodat hij zijn mantel omsloeg, naar buiten liep en zei: “Hier ben ik, Here...” Ziet u?-----
Nu, als wij in Christus zijn hebben wij geestelijke zegeningen. Buiten Christus hebben we sensaties; in Christus hebben we positieve zegeningen. Het is geen schijngeloof, geen namaak, of iets wat u zichzelf aanmeet... Want zolang u probeert te zeggen dat u in het beloofde land bent, terwijl u het niet bent, dan zullen uw zonden u bekendmaken. Al heel gauw zult u ontdekken dat u maar wat doorploetert en dat u zich, zoals we dat in de wereld noemen, “in de nesten” hebt gewerkt. U zult ontdekken dat u dat niet bezit waar u over spreekt. Maar, wanneer u in Christus Jezus bent, dan is alles het uwe. Hij heeft u hemelse vrede beloofd, hemelse zegeningen en een hemelse Geest. U bent in het beloofde land en u hebt volledig de beschikking over alles. Amen. O, wat prachtig! Laten we het bestuderen: Hij heeft ons immers in Hem uitverkoren... Nu, hier is het waar de gemeente zozeer aan het wankelen gaat. Hij heeft ons immers in Hem uitverkoren... (In Wie? In Christus!)-----
Nu, onlangs 's avonds, of, om zeven uur in de ochtend, nam de Heilige Geest in Zijn goedheid en genade mij op. Buiten dit lichaam, geloof ik. Ik geloof dat dat het was. Of het al dan niet zo is, ik zeg het niet. Maar ik ging dat land binnen en zag die mensen en ze waren allen jong. Ik zag de mooiste mensen die ik ooit in mijn leven heb gezien. Hij sprak tot mij: “Sommigen van hen waren negentig jaar oud. Het zijn uw bekeerlingen. Geen wonder dat ze roepen: 'Mijn broeder! Mijn broeder!'”
[Zie: Dood. Wat dan?]-----
Hoe verkrijgen we dit? Hoe weten we dit? Doordat God ons er vóór de grondlegging van de wereld toe voorbestemde. Wie? Hen die in dat beloofde land zijn. ...tevoren ertoe bestemd als zonen van Hem te worden aangenomen door Jezus Christus, naar het welbehagen van Zijn wil, tot lof van de heerlijkheid... (Opdat wij Hem zouden prijzen, zoals Hij zei. Dat is wat Hij is: 'God', en wij willen Hem prijzen.)... tot lof van de heerlijkheid Zijner genade, waarmede Hij ons begenadigd heeft in de Geliefde. [In Christus zijn we begenadigd en aangenomen.] En in Hem hebben wij de verlossing door Zijn Bloed, de vergeving van de overtredingen, de z-o-n-d-e-n...Ik moet terugkomen op de 'aanneming', maar ik wil hier eerst even stoppen voor het woord: 'zonden'. Hebt u op dat woord gelet? Weet u, dat God een zondaar niet veroordeelt vanwege de zonden die hij doet? Hij veroordeelt hem vanwege het feit dat hij een zondaar is. Als een zondaar een sigaar rookt, dan veroordeelt Hij hem daar niet voor, hij is tòch een zondaar, hoe dan ook. Ziet u. Hij heeft helemaal geen zonden, de zondaar heeft ze niet; hij is gewoon een zondaar, ziet u. Hij heeft helemaal geen zonden. Maar ú hebt wel zonden, u die een Christen bent. U merkt dan ook dat Hij hier tot de gemeente spreekt; hoe Hij haar in orde houdt. Ziet u, 'vergeving van zonden': z-o-n-d-e-n. Wij zondigen, de zondaar niet; hij is gewoon een zondaar, God vergeeft hem niet.
-----
Wij hebben dus vergeving van onze zonden: z-o-n-d-e-n, waardoor? Door Zijn Bloed, door Zijn dierbaar Bloed. ...naar de rijkdom Zijner... Hoe kunnen we het vergeten? Was het omdat wij waardig zijn? Omdat wij iets deden om onze zonden vergeven te krijgen? Door Zijn wat? ...genade,
O Heer, ik breng voor mijn behoud, U geen wierook, mirre of goud... Niets zou ik kunnen doen. Er is helemaal niets wat ìk zou kunnen doen. Kijk! Hij bestemde mij voor, Hij riep mij. Hij koos mij. Ik was het niet die Hem koos. Hij koos mij. Hij koos u. Hij koos ons allen! Wij kozen Hem niet. Jezus zei: “Niet gij hebt Mij, maar Ik heb u uitgekozen” en: “Niemand kan tot Mij komen tenzij de Vader, die Mij gezonden heeft, hem trekke;... alles wat Mij de Vader geeft, zal tot Mij komen... en niemand uit hen is verloren gegaan dan de zoon des verderfs, opdat de Schrift vervuld werd.” Ziet u? Hij heeft het gezegd: “Alles wat Mij de Vader geeft, zal tot Mij komen!”-----
Hij heeft ons tevoren ertoe bestemd... Waar duidt het woord 'ertoe' op? Waarop duidt het? Dat woord 'ertoe' duidt op iets waar we naartoe gaan. Zoals in: “Ik ga naar de bron toe. Ik ga ergens naartoe. Ik loop naar de lessenaar toe.” Begrijpt u dat, broeder Humes?
Hij heeft ons tevoren ertoe bestemd als zonen van Hem te worden aangenomen, door Jezus Christus, naar het welbehagen van Zijn wil.
Hoeveel welbehagen? Wiens welbehagen was het? Wiens goedheid? Zijn Eigen welbehagen, van Zijn Eigen wil.Nu, wat is dan dat aangenomen worden? Laat ik dit nu nemen, al weet ik niet of ik nog tijd zal hebben om er helemaal doorheen te komen; anders zal ik er later nog op komen. Als er een vraag is, dan kunt u mij die daarna nog stellen. Luister, uw 'aanneming' is niet uw geboorte. Uw aanneming is uw plaatsing. Als u wederomgeboren wordt, in Johannes 3:17, meen ik dat het staat, wederomgeboren uit de Geest van God, dan zijn we zonen Gods. Maar we waren reeds voorbestemd. Nu, hier is het punt wat ik u probeer te brengen, over deze zonen van de laatste dag, ziet u. Dat u ziet dat we werden voorbestemd tot aanneming. Nu, hier hebben we het. Dit is wat voor Pinkstermensen een beetje hard aankomt. Zij zeggen: “Ik ben wederomgeboren! Prijs de Here, ik heb de Heilige Geest!” Fijn. U bent een kind van God. Dat is waar. Maar toch is dat niet waar ik nu met u over spreek. Ziet u, u werd voorbestemd tot aanneming: die adoptie is het pláátsen van een zoon.
Nu, hoevelen kennen de regels van de aanneming in het Oude Testament? Natuurlijk hebt u Kijk. Een zoon werd geboren... Ik geloof dat ik het in een andere prediking al eens doornam. Welke was het, broeder Gene; herinnert u het zich? Het staat op een band. O, wat was het. Ik heb het doorgenomen. O ja, ik heb het. “Hoort Hem.” “Hoort Hem”, gaat ook over aanneming van zonen. Daar in het Oude Testament, als er in een gezin een kind werd geboren, dan was hij sinds hij werd geboren een kind. Omdat hij werd geboren uit zijn ouders, was hij een zoon van dat gezin en erfgenaam van alles. Deze zoon werd dan opgevoed door privé leraars. (Zie Galaten 5:17-25.) Goed, hij werd opgevoed door privé leraars, schoolmeesters en opvoeders.
-----
Het binnengaan in dit beloofde land. Hoe komen wij er binnen? We zijn ertoe voorbestemd, de gemeente is ertoe voorbestemd door de voorkennis van God. Voorbestemd voor wat? Om te zijn tot Zijn eer, door Zijn genade, tot eer en aanbidding en glorie van God. Papa, die daar vroeger in den beginne alleen was, in Zichzelf bestaande, met niets om Zich heen; Hij wilde iets wat Hem aanbad en dus bestemde Hij tevoren een gemeente voor, voor de grondlegging van de wereld, en plaatste hun namen in het levensboek van het Lam, toen zij voor de grondlegging der wereld waren geslacht, opdat zij tot Zijn eer en Zijn lof mochten verschijnen in het eind der tijden, wanneer alle dingen in die ene mens, Christus Jezus, zullen worden samengevat. Oh! Glorie! Dat is het! Daar is het, mijn broeder en zuster. Gaat u daar nooit bij vandaan!God riep u, door Zijn uitverkiezende genade. God, door Zijn uitverkiezende genade, heiligde u. Door Zijn uitverkiezende genade en kracht, doopte Hij u en zette Hij u in dit land der rust. Zij die zijn binnengegaan in deze rust, zijn aan het einde gekomen van hun dwaalwegen. Ze kwamen tot rust van hun werken, zoals God van de Zijne. Ze hebben een onuitsprekelijke vreugde; zijn vol heerlijkheid! De Boom des Levens bloeit in hen. Ze hebben lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, door geduld gevormd geloof, lieflijkheid, vriendelijkheid, enzovoort. De Boom des Levens bloeit in hen, omdat hun hoop verankerd is in Christus Jezus. Het getuigenis van de Heilige Geest betuigt dit met de tekenen en wonderen, die de gelovigen volgen. (“Deze tekenen zullen hen volgen die geloven...”) Als ze voortgaan, genezen ze de zieken, werpen ze duivelen uit, spreken ze in tongen en zien ze visioenen. Zij wandelen met God, ze spreken met God. Geen duivel kan hen van hun plaats krijgen, ze zijn standvastig, zien uit naar eeuwig leven. Vergetend hetgeen achter hen ligt, jagen ze naar het doel der roeping Gods in Christus Jezus. Daar hebt u het. Daar bent u er. Dat is die gemeente.
Lees het volledige rekening in...
Gemanifesteerde Zonen Gods.